Internet, hoe werkt dat eigenlijk?

Draadloos internet bestaat niet. Ja, dat lees je goed! Het enige stukje draadloos internet is de verbinding van je apparaat met een modem. Of in het geval van mobiel internet: de radiogolven van je apparaat naar een zendmast. Het internet is een wereldwijd web van kabels, netwerken en knooppunten.

Je computer thuis is verbonden met een modem, meestal geleverd door het bedrijf dat de internetaansluiting verzorgt. De verbinding loopt via glasvezel-, telefoon- of coaxkabel van jouw huis naar de wijkcentrale van het telefoonnetwerk. Van daaruit gaat het door naar het datacenter van de internetprovider. Dit is een gebouw met kasten en nog meer kasten met daarin harde schijven voor de opslag van data, routers voor het doorsturen en kilometers aan bekabeling die alles met elkaar verbindt.

Glasvezel

Data reizen door glasvezel via lichtpulsen, zie enen en nullen. De kleuren van de regenboog hebben ieder een eigen frequentie. Nederland telt al 3.845.203 huishoudens aangesloten op glasvezel door KPN.

Alles is data

Foto's, filmpjes, e-mails en bestanden worden nadat ze verzonden zijn, opgedeeld in datapakketjes. Deze datapakketjes hebben allemaal een soort etiket met informatie over de inhoud, de bestemming en de afkomst. Als een Nederlandse klant van KPN een e-mail stuurt naar een Amerikaanse klant van Comcast, moeten de datapakketjes in ieder geval van het datacentrum van KPN naar het datacentrum van Comcast gaan. Als de weg die ze moeten afleggen beschadigd of verstoord is, kiezen ze een alternatieve route. Het internet is tegenwoordig zo ontwikkeld dat er altijd meerdere wegen naar de digitale bestemming leiden. Vanuit het datacentrum gaan de pakketjes naar een internetknooppunt.

Internetknooppunten

Grote gebruikers van data hebben natuurlijk behoefte aan supersnelle verbindingen. Voorbeelden van deze gebruikers zijn diensten die content aanbieden, onderzoeksfaciliteiten, datacenters, universiteiten, internetproviders en telecombedrijven. Internetknooppunten bieden ongekende snelheden (terabytes per seconde). Partijen kunnen daar datacapaciteit kopen of huren. Maar meestal opereren ze op basis van "peering". Hier spreken ze af dat de hoeveelheid data die heen en weer gaat ongeveer gelijk is. Alle aangesloten partijen bij hetzelfde knooppunt kunnen snel onderling data uitwisselen. Het is vergelijkbaar met snelwegen: hoe breder de weg en hoe korter de afstand, hoe sneller je bij je bestemming bent. Vanaf het internetknooppunt reist de data verder. Naar Amerika betekent dit dat de data over zee reist, of beter gezegd, onder de zee.

Kabels op de oceaanbodem

Continenten en kusten zijn met elkaar verbonden door zeekabels. Deze kabels worden gelegd door speciale schepen die duizenden kilometers kabel kunnen vervoeren. Een team onder water trekt de kabel op de oceaanbodem, terwijl een enorme haspel op het schip de kabel langzaam in de sleuf laat zakken. Het materiaal en het leggen van de kabels kosten miljoenen euro's. Daarom zijn de schepen en kabels zelden eigendom van slechts één internet- of telecombedrijf, maar van een conglomeraat. De kabelcapaciteit wordt vaak ook verhuurd of geleaset aan andere partijen. De kabels komen aan land bij aanlegplaatsen.

De dikte van de kabels varieert afhankelijk van de diepte waarop ze liggen. De glasvezels in de kern worden beschermd door afwisselende lagen van aardolie, metaal en kunststof, zodat ze bestand zijn tegen de enorme waterdruk. Andere bedreigingen zijn stormen, zeebevingen, sleepnetten, ankers en haaien. Google heeft aangekondigd een speciale laag van kevlar-achtig materiaal toe te voegen om haaien af te schrikken. Het blijkt namelijk dat haaien dol zijn op glasvezel en het beschouwen als een snack.

Van zee naar land

Op de aanlegplaatsen waar zeekabels weer aan land komen, staan vaak controlestations die de kwaliteit van de kabels in de gaten houden. In Katwijk en Beverwijk bevinden zich twee belangrijke controlestations. De Verenigde Staten hebben er tientallen, met een groot station in de buurt van New York. Data gaan vanuit de zee via een internetknooppunt naar het datacentrum van de Amerikaanse internetprovider, die alle datapakketjes in één keer aflevert als een e-mail met een foto in de bijlage.

En hoe zit het met mobiel internet?

Wat wij mobiel internet noemen, is eigenlijk data die via radiogolven wordt verzonden en alleen mobiel is vanaf ons apparaat tot de dichtstbijzijnde zendmast. Vanaf daar volgen de data dezelfde route als bij vast internet: ondergronds, naar de dichtstbijzijnde wijkcentrale en vervolgens naar het datacentrum van de internetprovider.

Bronnen: http://www.submarinecablemap.com/ en https://www.quora.com/How-are-major-undersea-cables-laid-in-the-ocean

Gerelateerde artikelen