Artificiële intelligentie is een verzamelnaam voor alles wat computers zelf beslissen. Als u op uw smartphone een verkeerd gespeld woord automatisch laat corrigeren, maakt u er al gebruik van.
Artificiële intelligentie, is niet als los product te koop. Het is een verzameling van methodieken en technologieën. In de praktijk hebben we het over AI als een computer zelfstandig data kan analyseren. En op basis van die data tot conclusies kan komen.
Spotify gebruikt AI om erachter te komen naar welke muziek u graag luistert. Zo kan Spotify u nieuwe muziek aanraden, waarvan het denkt dat u die ook leuk vindt. Google Images gebruikt AI om u foto’s te laten zien die het beste bij uw zoekopdracht passen.
Laat u Google Maps de handigste en snelste route berekenen? Lopend, met de fiets, de auto of het openbaar vervoer? Ook dat gebeurt met AI. En stelt u weleens een vraag aan de Google Assistent? Ook die werkt met AI. Net als Siri van Apple en Cortana van Microsoft.
Hoe lang bestaat AI al?
In 1952 bouwt de Britse computerkundige Arthur Samuel het eerste programma dat kan dammen. Drie jaar later ontstaat de uitdrukking artificiële intelligentie. De doorbraak komt in 1996. De Deep Blue-schaakcomputer van IBM verslaat wereldkampioen schaken Garry Kasparov. Vanaf dat moment staat artificiële intelligentie volop in de belangstelling.
In 1997 bouwt Microsoft voor het eerst software in Windows die gesproken taal kan herkennen. In de jaren 2000 verschijnen er meer alledaagse toepassingen. Denk aan zoekmachines voor internetpagina’s, e-mailfilters om ongewenste e-mails (spam) tegen te houden en de eerste spraakassistenten.
In 2015 wint het computerprogramma AlphaGo van Deep Mind Technologies een spelletje Go van de Europees kampioen Fan Hui. Dit spel is veel complexer dan schaken.
In 2022 lanceert het bedrijf OpenAI de taalrobot ChatGPT. Gebruikers kunnen er vragen aan stellen en het programma geeft antwoord met een eigen tekst. Opvallend is dat de antwoorden gedetailleerd zijn en menselijk klinken.
Voorbeelden als input
Wat is intelligentie nou precies? Is een schaakcomputer die heel goed kan schaken intelligent? Of is die dom omdat hij verder niks anders kan? Mensen hebben Deep Blue geleerd om te schaken. Omdat hij sneller kan rekenen dan mensen, verslaat hij de wereldkampioen. Deep Blue voorspelt alle mogelijke uitkomsten.
AlphaGo werkt anders. Op basis van miljoenen spelletjes die het met mensen en zichzelf heeft gespeeld, weet het wat de beste uitkomst is. In tegenstelling tot Deep Blue is AlphaGo niet vooraf geprogrammeerd door mensen.
Als je een systeem heel veel voorbeelden als input geeft, kan het deze herkennen. En vervolgens zelf keuzes maken. Stel je wil het systeem een onderscheid laten maken tussen een stoel en een tafel. Dan laat je het duizenden plaatjes zien waarvan je zegt: dit is een stoel. Heeft het systeem al deze foto’s geanalyseerd en bied je een foto aan zonder iets te zeggen, dan herkent het systeem dat het een stoel is. Of een tafel als je die hebt aangeboden.
Verzameling instructies
Kunstmatige Intelligentie bestaat uit twee bestanddelen: data en een algoritme. Voorbeelden van data zijn een foto van een stoel of tafel, zoals in het voorbeeld hierboven. Een algoritme is niets meer dan een verzameling instructies. Het is een aantal stappen dat je zet om een bepaald doel te bereiken. Een rekensom is een algoritme maar een recept ook. U volgt stappen in een recept om het doel te bereiken: een maaltijd op tafel.
De aanbevelingen van een videodienst als Netflix werken ook met een algoritme. Aan de hand van uw kijkgedrag weet Netflix wat u leuk vindt. Op basis van uw kijkgeschiedenis geeft het algoritme van Netflix kijktips. Hoe meer u kijkt, hoe beter Netflix weet waar u van houdt. Zo krijgt u steeds nauwkeurigere aanbevelingen.
Zelflerend
AI-systemen hebben geen bewustzijn. Zelflerend betekent ook niet dat alles vanzelf gaat. De werking van AI is zo goed, of zo slecht, als de algoritmes en wiskundige modellen waarmee ze zijn geprogrammeerd. Door mensen! Op basis daarvan kunnen algoritmes wel conclusies trekken. Om vervolgens weer verdergaande conclusies te trekken. Dat noemen we zelflerend. Maar er is zorgvuldige monitoring en controle nodig om ervoor te zorgen dat AI zich gedraagt zoals de programmeurs het bedoeld hebben.